Zuid-Afrika is ‘booming’. Het middeninkomensland is de economische reus van het Afrikaanse continent. Maar dat betekent niet dat er in eigen land niets meer te doen is. Drie jonge professionals uit Johannesburg, met elk een eigen missie, doen hun verhaal. Waar staat Zuid-Afrika? Hoe gaat het met de hoop, kansen en saamhorigheid? En wat vinden zij dat er nog moet gebeuren?

Thsepo Phakathi – Ondernemer

‘Economische vooruitgang is niet het werk van één persoon, dat doe je samen,’ vertelt Thsepo Phakathi (29) vanuit de Johannesburg’s prestigieuze Polobar. Zittend op het puntje van de bruinleren fauteuil, legt de jonge CEO uit hoe ondernemerschap de Zuid-Afrikaanse werkeloosheid moet verhelpen. Een verhaal dat hij, uitgedost in driedelig pak, ondersteunt met krachtige armbewegingen.

Phakathi is illustrerend voor Zuid-Afrika’s nieuwste zwarte elite; jong, ambitieus en selfmade. Als ondernemer in hart en nieren, verkocht Phakathi als zesjarige recyclebare flessen in Soweto en handelde op zijn twaalfde in Billtong op het schoolplein. Twee decennia en twee studies verder, is de ambitieuze Zuid-Afrikaan nu CEO van zijn moedervennootschap, business columnist en kind aan huis bij de Polobar. Hoewel hij nog steeds een voorliefde heeft voor geld, ‘ik heb altijd een stapeltje biljetten bij me’, richt hij zich nu op één doel: het creëren van banen voor jong Zuid-Afrika.

Deze missie dient zich aan als Phakathi in 2001 begint aan de studie banking. ‘Ik werd meteen gegrepen door het werkeloosheidsvraagstuk. Ik wist nog niet veel, maar begreep dat werkeloosheid tot grotere armoede leidt en Zuid-Afrika geen goed zou doen.’ Phakathi besluit dat het anders moet; hij gaat zelf banen creëren.

Waar te beginnen als zestienjarige? Met meer geld verdienen, bedacht Phakathi. ‘Niet in de materiële zin, om spullen te kopen, maar als middel om nog meer te verdienen en uiteindelijk mijn doelen te bereiken.’ Hoe kom je aan dat geld? ‘Je zet een onderneming op, maakt het winstgevend en verkoopt het. Dat zijn twee vliegen in één klap; je verdient geld en creëert banen.’ Phakathi toe geeft toe: het is makkelijker gezegd dan gedaan, geeft. Het duurde vijf jaar voordat hij zijn eerste bedrijf verkocht. Inmiddels is Phakathi sinds 2006 CEO van het moedervennootschap Phakathi Holdings dat goed is voor meer dan 700 banen.

Een verschil heeft hij echter niet gemaakt, geeft Phakathi toe. De werkeloosheid is sinds zijn afstuderen gestegen en momenteel 25 procent. De reden van deze stijging vindt hij in Zuid-Afrika’s verleden. ‘kolonialisme en de apartheid lieten sporen achter die je nu nog terugziet in ons huidige economisch-financiële systeem, zoals de onontwikkelde economische potentie van zwarte Zuid-Afrikanen,’ meent hij, ‘daarbij steekt nu foreign direct investment als nieuwste vorm van kolonialisme de kop op. Het wordt gedreven door Chinezen die hier van alles opbouwen en bezitten, maar zodra ze geld hebben verdiend alles naar China repatriëren.’ Het doet de Zuid-Afrikaanse economie geen goed, meent Phakathi. Bovendien ziet hij de armoede groeien.

‘Dat is een zorgwekkende ontwikkeling, want samen met de hoge werkeloosheid zijn het ingrediënten voor een explosie.’

Maar plaats voor pessimisme is er niet. ‘Mensen vergeten snel dat het slechts twintig jaar geleden is dat de apartheid is afgeschaft,’ meent de jonge CEO, ‘in dat opzicht is Zuid-Afrika al ver gekomen.’ Bovendien biedt de huidige infrastructuur, aangelegd voor het WK in 2010, nieuwe kansen. ‘Infrastructuur stimuleert economische vooruitgang; kapitaal en arbeidskracht gaan sneller stromen,’ legt Phakthi uit, ‘neem de Gautrain, de hoge snelheidslijn, die verbindt Johannesburg, het economische hart, met het vliegveld en met de bestuurlijke hoofdstad Pretoria. Dat is cruciaal voor de Zuid-Afrikaanse economie.’

Ook betreft het werkeloosheidsvraagstuk gaat Phakathi niet bij de pakken neerzitten; ‘banen gaan er komen’. Phakathi daarom een mentorprogramma gestart met als doel ondernemerschap onder jongeren te stimuleren. In zijn hoedanigheid als, zelfbenoemd, ambassadeur Ondernemerschap sprak hij afgelopen jaar ruim zesduizend jonge Zuid-Afrikanen toe. Het geeft hem hoop voor de toekomst. ‘De Zuid-Afrikaanse jeugd weet dat er geen banen zijn en dat ze die zelf moeten creëren. Maar dit land kan veel,’ meent de jonge CEO met twinkelende ogen, ‘ik weet nu dat de jeugd veel momentum heeft. Ze staan te popelen om de handen uit de mouwen steken.’